|
|
|
|
|
Marie-José Schunck, gedichten (log in)
/2 Jopie Wormer, en daarmee was Nijmegen koersbepalend geworden voor wat later het platform van de „landelijke Griekenland-werkgroepen in Nederland en België“ zou worden. Er ontstonden Griekenland-werkgroepen - buiten Nijmegen- in: Groningen, Utrecht, Amsterdam, Vlaardingen, Leiden, Vlissingen, Leuven, Brus- sel en Antwerpen, waarvan vertegenwoordigers maandelijks in Utrecht bij el- kaar kwamen; het oudste lid was 72, de legendarische trotzkist Rinus Pelgrom. Maar voordat blad en platform rond waren, hadden wij in Nijmegen nog heel wat op het programma staan, zoals geld inzamelen voor PAM d.m.v. een aktie onder universiteitspersoneel en door een kunstveiling van hoog niveau. Maar tevens waren Michel en ik begonnen ons in de ingewikkelde griekse materie in te lezen, om tot verantwoorde uitgaven te komen. Behalve het Griekenland- bulletin gaven we uit: een informatiemap, getiteld „Griekenland, achtergronden van een fascistische staatsgreep“, verder een scholieren-map over Griekenland, een door ondergetekende vertaalde verzenbundel „Verboden griekse poëzie“, een eveneens uit het grieks vertaald boekje „Klassenanalyse van Griekenland“ (SUN- schrift nr. 29) en na de opstand op de Polytechneion in november ’73 tenslot- te een verzameling van eerder in de Groene, de Nieuwe Linie, het Griekenland- Bulletin en Internationale Korrespondentie verschenen artikelen onder de titel „Brood, Onderwijs, Vrijheid“, over de opstand en de voorgeschiedenis ervan. In september 1969 waren wij de trotse ouders van het eerste nummer van het Griekenland-Bulletin, dat in maandelijkse nummers tot en met septem- ber 1971 bleef uitkomen met als vaste rubrieken de „chronologie van de junta“, een uit het grieks vertaald gedicht met oorspronkelijke, eigen illus- tratie, en verder tal van artikelen over de griekse politieke en sociaal-eko- nomische geschiedenis en nog veel meer. Zo draaiden we enkele jaren door in een nooit stoppende karoussel van informatie-verstrekking via lezingen, ons Bulletin maar ook via injekties in de door ons hardnekkig „burgerlijk“ genoemde media. Daarbij kwamen nog het transport van illegaal materiaal naar Griekenland en de opvang van gevluchte Grieken. Waarom doet een mens zoiets? Niet voor de poen, want meestal legden we erop toe (toen we op een door de Griekenland-werkgroepen georganiseerde perskonferentie in januari 1970 in Grand Hotel Krasnapolsky in Amsterdam onze PAM-aktie lanceerden, vroeg een zekere Ego van het O.S.L., waarmee we toch dat informatie-materiaal bekostigden. Martin Ruyter riep toen, voor ik iets kon antwoorden: „U mag kiezen tussen Peking of Moskou!“). Ook niet voor de roem of een karrière. Daarvoor hadden we „lukratievere“ verzetsgroepen kunnen uitkiezen dan de groepen die we in feite ondersteund hebben: aanvankelijk was dat de, uit de kommunistische partij (binnenland)
1983-12-31