Menu text, no JavaScript Log in  Deze pagina in het NederlandsDiese Seite auf DeutschThis page in EnglishCette page en FrançaisEsta página em Portuguêsnaar boventerug
terug Index

10 mei 1940

Originele grootte 2464 × 3472 px

Hoe kwam men ertoe om
zich in een zo een gevaarlijk
verzetsavonttur te begeven?

Je koos niet voor het verzet, gebeurtenissen, soms kleine inci-
denten brachten je ertoe om bij te springen, en het gevolg
was dat je iets gedaan had, om anderen te helpen bijv. dat door
de bezetter verboden was. Een escalatie bracht je dan van het
een tot het ander. Ik zal pogen om het aan
mijn eigen ervaringen te illustreren.

10 mei 1940 de vrijdag vóór Pinksteren. Stralend weer.
Duitse vliegtuigen in lage vlucht over ons huis. In Valken-
burg zelf trekken de vijandelijke tanks de Cauberg op.
We zijn bezet gebied.
                    Nederlandse soldaten, die een oud kanon
boven op de Cauberg bedienden, hebben het gevaarte midden op
de weg omgekiept om de opmars te hinderen en zijn zelf langs de
Heidgracht er van door gegaan. Zij zitten langs de
helling van het Polverbos en weten niet goed waarheen.
Ik zie ze. Zou je die jongens laten vallen in de handen van de
vijand? We haalden ze in huis en Gerda mijn vrouw was meteen
in de weer om ze een stevig ontbijt te verschaffen. 12 soldaten
moesten vervolgens omgekleed worden in burgers. Met kunst en
vliegwerk hebben wij het klaargespeeld. Het personeel was inmiddels
aan het dagelijks werk begonnen. Overleg met de mannen van het
personeel leverde wat kledingstukken op en de soldaten waren
omgewerkt tot ietwat verfomfaaide burgerjongens.

Meteen hadden wij de eerste onderduikers, want vervoer naar hun
thuisadres was maar voor een paar Z.Limburgse jongens mogelijk.
In de week na Pinksteren werd voor de in Valkenburg gestrande
vacantiegangers een terugreis accommodatie verzorgd en onze jongens
reisden mee naar het noorden. Een paar hebben de geleende burger-
kleding netjes geretourneerd.
                             Maar nu de wapens en de uniformen die zij
achterlieten. Johan de Wijs, onze machinist, wist er raad mee.
De uniformen in de stoomketel met een lekker vuurtje verbranden,
maar... vond Johan, die geweren kunnen wij te zijner tijd wel
eens hard nodig hebben om die moffen te verjagen. Hij wist er
weg mee, een onderdeel (het slot?) demonteerde hij. Het
wapen zelf werd dik in het consistentvet gezet met lappen omwikkeld
en een voor een in de tuin begraven. De onderdelen die hij apart
had gehouden werden in een kistje verpakt, na ook ingevet te zijn
en afzonderlijk verstopt. Hij deed zulks dat als NSBers of Duitsers
de geweren vonden, zij er niets mee konden doen.

Lees verder op kelken en misgewaden
Pierre Schunck

Album : Verzet

zoom 24.350649350649%