![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
Gesneuvelden van het verzet in Nederlands Limburg
In de gedenkkapel van het proviciaal verzetsmonument op de Cauberg in Valkenburg staan op drie muren de namen van gesneuvelde verzetsmensen uit Nederlands Limburg. Het zijn allemaal namen met een verhaal, dat op die plek natuurlijk niet verteld kan worden wegens plaatsgebrek. Dus gebeurt dat hier. Iedereen die daartoe een bijdrage kan leveren, wordt uitdrukkelijk opgeroepen zich te melden. Zie de contactpagina.
Die mensen, in dit geval bijna alleen maar mannen (Waarom eigenlijk? Zie bij de koeriers, de groep van verzetsmensen, die steeds vaker uit vrouwen bestond.), zijn meestal onvergeten, vooral in de plaatsen waar ze hebben gewoond. We vinden hun verhalen op plaatselijke websites, soms ook op Wikipedia. Een grote hulp bij het vinden van Nederlandse oorlogsslachtoffers zijn vooral de websites van de Oorlogsgravenstichting en www.tracesofwar.nl.
Veel van de achtergrondinformatie komt uit het onvolprezen boek van Fred Cammaert: Het Verborgen Front, Geschiedenis van de georganiseerde illegaliteit in de provincie Limburg tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Het complete boek vindt u op de website van de Universiteit van Groningen.
| Vervolgd in Limburg | Het gevaar van lijsten | Het Hannibalspiel | Het Englandspiel | April-Mei-stakingen in 1943 | SiPo Maastricht | SiPo Maastricht | De overval van Weert | De klap van Wittem | De overval op het distributiekantoor in Valkenburg | Het verraad van Maastricht | De overval op de Maastrichtse gevangenis op 5 september 1944 | Elf gevangen verzetsmensen uit Nijmegen vermoord | Tussen Maas en Peel | Een militair opleidingskamp voor onderduikers | Het verdriet van Roermond | Wraakacties tijdens de bevrijding
Samengevat: „Een kleine groep morele leiders in Limburg wees de weg van de praktische naastenliefde. Hun goede voorbeeld deed goed volgen.“
Hij stelt vast, dat het punt 2 bij de aantallen van geredde joden een doorslaggevende rol speelde.
De moord op de Sinti of Porajmos, die vóór de oorlog in Limburg aanwezig waren, is heel anders gelopen. Zij woonden niet zoals de joden temidden van de samenleving, wat het voor de nazi’s gemakkelijker maakte. De strik werd, zelfs voor de mensen zelf, bijna geruisloos aangetrokken. Eerst kregen de zogeheten „werkschuwe elementen“ een reisverbod, daarna werden ze verplicht, zich naar centrale verzamelkampen te begeven, waar ze „heropgevoed“ zouden worden. Veel Limburgers met vaste woon- en verblijfplaats hebben toen misschien gedacht: „Nou, dat werd ook wel tijd!“. Maar de meesten hebben het niet eens gemerkt. De Sinti woonden toen nog bijna allemaal in woonwagens. Die werden in beslag genomen. Zo verdween een groot deel van hen uit het gezicht. Op 16 mei 1944 werd er in heel Nederland een grootscheepse razzia uitgevoerd, waarbij 578 personen werden gearresteerd en naar het kamp Westerbork werden overgebracht. Tenslotte werden 244 van hen op 19 mei 1944 naar Auschwitz-Birkenau gedeporteerd. Slechts 31 van hen overleefden de oorlog.
Zie ook het Advies Gemeentelijk woonwagen-en standplaatsenbeleid van de Vereniging Behoud Woonwagencultuur in Nederland. Daarin komen de Sinti en Roma aan bod, maar ook de vervolging van de andere mensen die volgens de nationaalsocialisten een „zigeunerachtig“ leven leidden.
En lees wat Roger Moreno Rathgeb, componist van Requiem voor Auschwitz, over „De vergeten Holocaust“ zei vóór hij een kaars het aanstak tijdens de herdenkingsplechtigheid „Valkenburg 75 jaar bevrijd“
Dit is een uittreksel van De jacht op het verzet, hoofdstuk: De tragiek van het ‘kleine’ verzet door Ad van Liempt
Al vrij vroeg in de oorlog werd de verzetsorganisatie van de CPN in drie dorpen (Schaesberg, Nieuwenhagen en Ubach over Worms, die het huidige Landgraaf in de oostelijke mijnstreek vormen) opgerold door de argeloosheid van een van de leden, die ervan werd verdacht, een fiets te hebben gestolen. Bij hem trof men een lijst met namen aan. Bijna iedereen op die lijst kwam om in Duitse kampen. Daaronder ook enkele mensen, die volgens Van Liempt maar één of twee keer een communistisch krantje hadden gekocht. Ook zij werden na de oorlog in het archief van de CPN als in Limburg gesneuvelde kameraden opgenomen.
Op een klein aantal na worden alle arrestanten schuldig bevonden aan lidmaatschap van een communistische groepering. Zij belanden via kamp Amersfoort in kampen als Neuengamme, Buchenwald en Rathenau. Onder hen zijn tenminste zeven mannen die slechts één of twee keer een krantje hebben gelezen. De 27-jarige Johan Veldhoven bijvoorbeeld had volgens zijn broer Dirk één keer een exemplaar van De Vonk gelezen: ‘Verspreid had hij dit blad niet,’ verklaarde Dirk Veldhoven na de oorlog stellig. Johan Veldhoven kon zelf geen verklaring afleggen, daar hij op 6 november 1942 in Neuengamme overleed.
In totaal vonden in deze zaak zestien mannen de dood. Waltherus van den Beemd keerde als een van de weinige arrestanten na de oorlog terug: in april 1945 werd hij door Russische troepen bevrijd uit kamp Rathenau. Zijn linkerbovenbeen was bevroren geweest door de urenlange appels, verklaarde hij, en ‘ten gevolge van de mishandelingen door Nitsch en in de kampen ben ik niet meer geschikt om zware arbeid te te verrichten’.
Maricus van de Wetering (37), Heinrich Tholen en Albert Koenders (54) uit Schaesberg, Johannes Tersteeg (52) en Cornelis Rombouts (53) uit Nieuwenhagen en Gerrit Jansen (54) uit Ubach over Worms stierven allen in Neuengamme of Buchenwald. Hun vergrijp: het lezen van een enkele aflevering van De Vonk of De Waarheid.
Een belangrijk deel van het verzetswerk was vooral in de grensprovincie Limburg al vroeg het opzetten van ontsnappingslijnen voor uit Duitsland ontvluchte krijgsgevangenen, later ook voor vluchtende Joden, neergeschoten geallieerde vliegtuigbemanningen (meestal piloten genoemd) en Nederlanders op weg naar Engeland. Vanuit Duitsland en Nederland liep een van die lijnen via Eijsden (NL) naar Voeren (B), het Land van Herve en Luik, vanwaar de vluchtelingen naar Givet aan de Franse grens of naar Brussel werden gebracht, waar andere verzetsgroepen ze overnamen. De eersten waren de uit krijgsgevangenschap gevluchte Fransen en Belgen. Dat begon al in 1940. Zij klopten vaak om hulp aan bij kerken.
Het Hannibalspiel
In de loop van 1941 ontstond daardoor in het grensplaatsje Eijsden een verzetsgroep vanuit het plaatselijke harmonieorkest Sainte Cécile: de fruitkweker Alphons Smeets met zijn hele gezin, het echtpaar De Liedekerke, douanier D. Sleeuwenhoek (die vrijelijk over de grens heen en weer kon en wist wanneer er patrouilles liepen) en de Luikse dirigent Arthur Renkin. (Cammaert 75-94, 135, 239-240). Zij legden via Renkin grensoverschrijdende contacten met verzetsmensen in de provincie Luik van de organisaties Luc /Marc en Clarence zoals de arts Jules Goffin uit ’s-Gravenvoeren, Christiane Derenne-Lamazière, de paters Hugo (Karel Jacobs) en Stephanus (Piet Muhren) uit de abdij van Val-Dieu en anderen. Ook in de provincie Luik waren behalve oud-militairen vaak parochiegeestelijken actief. Een belangrijk aanlooppunt was de rijkswacht in St.-Martensvoeren waar Theodoor Brentjens, geboren te Kessenich op 12 januari 1894, commandant was. Deze zorgde er dan voor dat de krijgsgevangenen terechtkwamen in de boerderij Monnikenhof die afhing van de abdij Val-Dieu.
Clarence was vooral een inlichtingendienst, zij verzamelden bijvoorbeeld inlichtingen over het treinverkeer rond het belangrijke spoorwegknooppunt Visé. Een belangrijk veiligheidsprincipe vooral van Clarence was, dat men per persoon maar één activiteit ontplooide: ofwel inlichtingen, ofwel het smokkelen van door de Duitsers gezochten, het verbergen van onderduikers. Bij de groep Erkens werd daar niet zo streng de hand aan gehouden, wat hun latere ondergang nog zou bevorderen. Niek Erkens kwam met deze groep in contact via Pierre Dresen.
Zij werden geïnfiltreerd door het Groningse filiaal de Duitse Marineabwehr (contraspionagedienst van de Duitse marine), die daarvoor het dodelijke „Hannibalspiel“ opzette. Er werden maar liefst vier infiltranten ingezet, die door de naïviteit van Erkens en vooral van Renkin steeds dieper in het netwerk wisten door te dringen. Na de arrestatie moest vooral Erkens het ontgelden.
Dat betekende het einde van de groep Erkens aan de Nederlandse kant en een grote slag voor de organisaties “Luc/Marc” en “Clarence” in België. In totaal arresteerden de Duitsers van deze groepen tussen 8 juni 1942 en 19 maart 1943 86 personen. 30 personen kwamen na een korte gevangenschap weer op vrije voeten; 18 personen werden na berechting vrijgelaten; 22 personen werden naar Duitse kampen gedeporteerd van wie elf de oorlog niet overleefden. Elf personen werden ter dood veroordeeld en op 9 oktober 1943 in het fort Rhijnauwen (Bunnik bij Utrecht) doodgeschoten. Het lot van vijf arrestanten kon niet worden vastgesteld (J. van Lieshout, “Het Hannibalspiel”, Bussum 1980, pag. 319-324).
Bekendmaking van de „Hoogere SS- en Politieleider“ van de provincies Limburg en Noord-Brabant over de doodvonnissen in verband met de mijnstaking.
Op 1 juli 1946 werd in Wellerlooi (gemeente Bergen) op de Wellse Heide (nu het natuurgebied Landgoed de Hamert) een graf met zeven lichamen ontdekt. Daar staat een eikenhouten kruis op een muur van rode baksteen, het verzetsmonument, als blijvende herinnering aan de zeven verzetsstrijders Han Boogerd, Bob Bouman, Leendert Brouwer, Pieter Ruyters, Reinier Savelsberg, Meindert Tempelaars en Servaas Toussaint, gefusilleerd i.v.m. de staking 1943.
Zij staan voor de vele stakers, gesneuveld of niet, die voor altijd anonym zullen blijven.
In de mijnstreek werd die staking de mijnstaking genoemd. De eigenlijke mijnstreek ging van Geleen tot Kerkrade, maar ook daarbuiten, bijvoorbeeld in Valkenburg, woonde een niet onaanzienlijk aantal mijnwerkers. In Maastricht ging de staking uit van kantoorpersoneel van de overheid en later ook van de banken. Toen de medewerkers van de PTT ook wilden staken, dwongen de aanwezige NSB-ers ze met allerlei dreigementen, door te werken. Onmiddellijk ontstonden voor alle loketten lange rijen van mensen, die één postzegel van 1 cent wilden kopen. Zo werd de post toch gedwongen te staken. Ook de fabieken sloten zich aan.
Er was in het begin een feeststemming. Men stroomde de cafés in en vermoedde niet (of wilde er niet aan denken) dat de bezetters dit natuurlijk niet zouden dulden en dat er slachtoffers zouden vallen. Door deze gebeurtenissen werd duidelijk: de pogingen, de Nederlanders te strikken met de status van „arisch broedervolk“ waren mislukt.
De mijnstaking maakte deel uit van de April-Mei-stakingen in 1943. De achtergrond was de door de bezetters geplande terugvoering van de Nederlandse militairen in krijgsgevangenschap, om ze in de Duitse oorlogsindustrie te werk te stellen. Zij waren de overgang naar een meer massaal verzet in het hele land, ook in Limburg. Ook al was de staking met harde hand onderdrukt, toch (of misschien juist daarom) kregen nu de verzetsorganisaties meer toeloop. De tijd van de zoete broodjes was voorbij. Maar voor een groot deel van de Nederlandse joden was het al te laat. :(
Tom (Th.C.) van Helvoort (Roermond), Joe (F.J.K.) Russel (Venray), Jan (J.A.) Dijker (Nijmegen *), en Kees van Sambeek (Maas en Waal *) konden ontsnappen.
*) De districten Vierlingsbeek, Nijmegen en Maas en Waal liggen weliswaar buiten de provincie Limburg, maar behoorden toch tot het LO-gewest Limburg. Dat geldt ten dele ook voor het district Venray. Meer info over deze districten
Gedurende de maand juli en de eerste helft van augustus werden de gearresteerden in Vught onafgebroken ondervraagd door Nitsch die een machtiging had gekregen tot het afnemen van zogeheten verscherpte verhoren. Na twee weken kreeg hij assistentie van C. Schut, die zich als een duivelse sadist zonder remmingen ontpopte, wat zelfs Nitsch te ver ging. Herhaaldelijk moest hij zijn hulpkracht intomen. Vooral Knops en de kapelaans Naus en Berix werden door het tweetal zwaar toegetakeld. Door bluf en het tegen elkaar uitspelen van de arrestanten, waarbij hij handig gebruik maakte van al eerder verworven kennis en de tegengestelde verklaringen, kwam Nitsch veel aan de weet. Spoedig volgden nieuwe arrestaties in Roermond, Helden en Wittem. (Cammaert VIb, pagina 567)
Meer bij Cammaert Hoofdstuk VIa, §VI, pp. 560 e.v.: De overval van Weert en
Charles Vos
Het verraad van Maastricht
Als gevolg van verraad door de bordeelhoudster Aldegonda Zeguers-Boere werden in mei 1944 ruim vijftig personen gearresteerd. (Cammaert VIb, vanaf pagina 649.) Voor Boere was een luxe leventje zeer belangrijk, maar een goed geweten blijkbaar niet zo zeer. Zij kwam voor haar zwarthandel-praktijken in de gevangenis en leerde zodoende de voor haar zeer nuttige Max Strobel kennen, het hoofd van de SiPo in Maastricht. Die vond van zijn kant deze dame met contacten in LO-kringen ook interessant en zo begonnen zij een relatie. Intussen bouwde zij ook haar bordeel verder op. Bij de LO deed zij, alsof zij op haar feestjes voor de Duitsers voor het verzet werkte. Het was de bedoeling van de Sicherheitspolizei, een val voor de verzetsmensen op te zetten. Door Zeguers-Boere wist de SiPo dat er twee bewakers in de gevangenis van Maastricht voor de LO werkten. Via deze nietsvermoedende bewakers werd „gelekt“ dat er binnenkort een gevangenentransport zou plaatsvinden. Die val mislukte door gebrekkige coördinatie aan de kant van het verzet, zij kwamen niet opdagen. Boere bemiddelde daarna bij onderhandelingen over de mogelijke vrijlating van enkele verzetsmensen. Daarbij werd bij haar thuis de Maastrichtse LO-leider Jo Lokerman gearresteerd, en dezelfd dag en de dag daarna nog ruim vijftig personen, onder wie een onderduiker die Zeguers-Boere in huis had genomen om zo de indruk te wekken dat ze volledig te vertrouwen was, alsook degene die de onderduiker bij haar had gebracht. De meeste arrestanten kwamen na enige tijd weer vrij. Als gevolg van het verraad van Zeguers-Boere kwamen de volgende personen om het leven:
H. Brouwers,
Edmond Houtappel,
Hubert Jamin,
kapelaan Hein Lochtman, Jo Lokerman en Joseph W. Ummels (Cammaert VIb, pagina 651).
Tijdens de bezetting vormden de dorpen op de westelijke Maasoever, zoals Sevenum en Horst, voor de LO in Venlo een „afzetgebied“ par excellence voor onderduikers. Het waren kleine, besloten agrarische gemeenschappen. Ook de grotere plaatsen zoals Venray en Horst waren veel kleiner en overzichtelijker dan tegenwoordig.
Zie het verhaal van het gebied tussen Maas en Peel tijdens de oorlog.
Open Street Map
Een hoofdkwartier ontstond op de hoeve „Rust Roest“ van de familie Groot in Sevenum. Talrijke onderduikers, onder wie ruim honderd joden, vonden alleen al in Sevenum onderdak. Volgens de gemanipuleerde oogstcijfers leed Sevenum officieel voortdurend aan misoogsten. In werkelijkheid werden scheepsladingen vol graan over het hele land verdeeld, voor onderduikers en anderen, die dat nodig hadden. De Sicherheitspolizei in Maastricht kreeg er maar geen vat op en noemde Horst en Sevenum „broeinesten van verzet“. Bij razzia’s kwam nooit iets aan het licht. Een O.D.-er had via Sevenum een clandestiene telefoonverbinding tot stand gebracht tussen Venlo en Den Bosch, waarvan ook de L.O. gebruik kon maken. In Sevenum stond een driepoot waaraan een stuk rail hing. Als daartegen werd geslagen ontstond een goed hoorbaar, hoog snerpend geluid. Zo wist men altijd tijdig, wanneer er een overvalcommando aankwam.
De eerste grote razzia hield de SiPo op 5 april 1944, als gevolg van de activiteiten van de NSB-er W. Engels. Hoewel zijn regelmatige brieven aan Duitse instanties telkens op het postkantoor werden onderschept, wist hij uiteindelijk zijn bevindingen toch door te geven.
Tegen het eind van de oorlog kregen de razzia’s een ander karakter. Het ging steeds meer vooral om slavenjacht voor de Duitse industrie. Tegelijk wilde de Duitse legerleiding bij de opmars van de geallieerden niet in de rug aangevallen worden vanuit de bevolking. Dus moesten alle weerbare mannen weg naar Duitsland, net als later (tijdens de Kerstdagen 1944) in Roermond. Het middel dat zij daarvoor bedachten, was voor die vrome streek zeer geschikt: de kerkrazzia. Op zondag 8 oktober 1944 vonden dergelijke kerkrazzia’s plaats in heel Noord-Limburg, dat toen nog niet bevrijd was, en in delen van Noord-Brabant. Zuid-Limburg was toen al vrij. 2.805 mannen tussen de 16 en 65 jaar werden opgepakt. De meeste werden ingezet in de Hermann Göring-Werke. De meesten van hen hebben de oorlog overleefd. Dit was niet het geval bij 121 van de gearresteerden. Een groot deel van de overige gedeporteerden keerde pas in mei 1945 naar huis terug. (Bron: Dwangarbeid in Duitsland)
De razzia’s hadden een grote uitwerking op de hele bevolking en bevorderden daardoor de saamhorigheid. In Het grote gebod, LO-LIMBURG (door Drs L.E.M.A. van Hommerich) lezen we op p. 324: „Toen in de buurt van Vierlingsbeek de Duitsers aan een zijde van de Maas eens een razzia hielden, kwam ieder, die over een vaartuig beschikte, er mee op de Maas om de vervolgden naar de overkant te vervoeren. In Maasbree werd de bevolking gewaarschuwd voor gevaar van de zijde van de vijand door de stand van de wieken van de molen.“
Tekst op het monument aan de Peelstraat, Kronenberg (Horst aan de Maas):
Ter nagedachtenis aan de in Duitsland overleden mannen en jongens uit Kronenberg, die bij de Kerk-razzia van van 8 oktober 1944 door de Duitsers werden opgepakt en weggevoerd. De herbegrafenis van een aantal hunner vond plaats op 4 september 1951 | Martin Aerts, Jozef Baeten, Piet Billekens, Lodewijk Franssen, Hendrik Hoeijmakers, Piet Philipsen, Jan Philipsen, Peter Roodbeen, Jan Verstappen |
Zie het verslag van de kerkrazzia in Kronenberg
Lees meer over de achtergrond van die slavenjacht op www.4en5mei.nl: Sevenum, sporen die bleven
Zie ook bij Wikipedia over de Kerkrazzia’s in Noord-Limburg en delen van Noord-Brabant.
In de kapel van het provinciaal verzetsmonument staan gesneuvelden van deze plaatsen met hun kerkdorpen (dus geen Brabantse dorpen):
Broekhuizen & Broekhuizenvorst,
Grubbenvorst,
Haelen,
Heel-Panheel,
Helden,
Heythuysen,
Horst,
Kessel,
Maasbree,
Nederweert,
Roggel,
Sevenum,
Wessem
Toen in 1943 de overgrote meerderheid van de studenten de loyaliteitsverklaring niet wilde ondertekenen en ook als gevolg daarvan steeds meer onderduikers in de streek tussen Maas en Peel belandden, kregen enkele mensen van de OD in Venlo het idee, ze tot militairen op te leiden. Zij hadden een soort partizanencommando voor ogen, dat zich in die bosrijke streek goed zou kunnen verschuilen. De keus voor één van die kampen viel op het Bovensbos bij Helden, zie Open Street Map, in de buurt van de boerderij van Cornelis Krans.
Uit het proefschrift van Cammaert, Hoofdstuk VIII De Ordedienst, pp. 883: De duikkampen bij Helden en Sevenum leest u hier een beknopte samenvatting.
Cornelis Krans stelde vijf demontabele kippenloodsen ter beschikking, die plaats boden aan 40 tot 50 onderduikers. Het kamp kreeg de naam „Vrij Nederland“. Door het grote aantal medeweters, van wie sommigen het kamp meer als een soort zomerkamp schenen te zien, deden al gauw verhalen de ronde. De N.S.B.-man H. Kessels hoorde die ook en fietste er op donderdag 15 juli 1943 heen. Enkele landarbeiders wezen hem de weg, omdat hij zei, ook te willen onderduiken. Hij vond wat hij zocht en sprak hierover met zijn partijgenoten Kluytmans en Maessen. Een dag later deed hij aangifte bij de politie. Wachtmeester Evers, een vriend van het verzet, beloofde er de volgende dag werk van te maken en gaf meteen alarm. Besloten werd, Kessels zo spoedig mogelijk te liquideren. Dat gebeurde meteen, de nacht van vrijdag 16 op zaterdag 17 juli. Hij werd neergeschoten en met liet zijn lijk liggen, om onbekende redenen. Dat maakte alles nog erger. De SiPo (SicherheitsPolizei) uit Maastricht o.l.v. Max Strobel/Ströbel stelde een onderzoek in en hoorde van Kluytmans over de ontdekking van Kessels. De politiecommandant in Helden-Panningen, opper Alphons van der Mullen gaf aan het verzet door, dat er een grootscheepse razzia gepland werd. Terwijl zij op versterking van de Ordnungspolizei wachtten, arresteerden de SiPo-mensen het echtpaar Krans en enkele andere mensen, waaronder het joodse gezin De Jong uit Nijmegen, dat vlak bij de boerderij in een ondergrondse schuilplaats zat. Zij en Cornelis Krans overleefden de oorlog niet.
In België ontstond direkt over de grens een vergelijkbaar initiatief, dat ook daar uitging van oud-militairen: het Geheim Leger zone II/Limburg. Ook dat ging niet goed, zoals u daar kunt lezen. In dit dicht bevolkt deel van Europa was het verzet in kleine, vrij zelfstandig opererende groepen vele malen effectiever en veiliger.
Er waren ook een paar kampen voor onderduikers in de Schadijkse bossen bij Horst (Open Street Map), maar die waren niet bedoeld als trainingskampen.
Na de bevrijding van Zuid-Limburg en het gebied ten westen van de Maas en de mislukte slag om Arnhem bleef de Maas in Midden- en Noordlimburg de frontlijn. Toen Roermond al ruim een maand frontstad was, arriveerde in de nacht van 25 op 26 november het uitgedunde 1e bataljon van het parachutistenregiment Kampfgruppe Hübner. De commandant Ulrich Matthaeas werd stadscommandant (Ortskommandant) en omdat aan de westkant van de Maas bevrijd gebied was, werd hij ook frontsectiecommandant (Frontabschnittskommandant). Er ontstond meteen een grimmige sfeer in de stad. De soldaten wisten natuurlijk, dat de oorlog niet meer te winnen was en dat ze gehaat waren. Van het vriendelijke gezicht, dat de bezetters in het begin hadden opgezet, was niets meer over. De meeste politiemensen waren steeds minder bereid, aan de terreur mee te werken. Tegelijk steeg de vraag naar dwangarbeiders in Duitsland steeds meer. De jacht op onderduikers werd verhevigd, ook om een andere reden. Majoor Matthaeas had sinds zijn verblijf in Rusland een panische angst voor partizanen. Wanneer de geallieerden de Maas zouden oversteken, vreesde hij in de rug te zullen worden aangevallen. Daarom zocht hij een gelegenheid, van de complete mannelijke bevolking in de „weerbare“ leeftijd af te komen. Die bood zich rond Kerstmis 1944. Door verraad kwam een schuilplaats van elf Roermondenaren aan het licht, die onder de vloer van een klaslokaal aan het Schoolpad zaten. Eén jongeman, Jacobus Sevenich, wist te ontsnappen. De overige tien en twee andere arrestanten moesten op Tweede Kerstdag voor een inderhaast samengesteld standgerecht verschijnen. Het vonnis stond bij voorbaat vast: dood door de kogel. Want het ging niet om onttrekking aan de arbeidsdienst of andere zogenaamde vergrijpen zoals het luisteren naar de BBC. Het ging om terreur als middel, de mannen en jongens uit Roermond weg te krijgen en ze bovendien tot slaven te maken. Op 26 en 27 december 1944 werden de 14 in het Elmpterbos vlak over de grens bij Roermond doodgeschoten: Louis Claessens, Frans Denis, Josef Fuchs, Johannes Hanno, Lambertus Janssens, Willem Jongen, Thijs Oljans, Wicher Oljans, Hubertus Selder, Mathieu Sevenich, Jan Tobben, Louis Uphus (later herbegraven op het Nationaal Ereveld te Loenen), Willem Winters en ‘Frans’, een ontsnapte Poolse krijgsgevangene.
Cammaert schrijft in hoofdstuk 6b, op pagina 621-622: „De twaalf onschuldigen werden ter dood veroordeeld wegens ‘illegale activiteiten’. Matthaeas liet ze dezelfde dag nog in de bossen tussen het Duitse grensplaatsje Elmpt en Roermond doodschieten. De volgende dag liet hij daar nóg twee personen, onder wie een Pool, executeren. Na de bekendmaking van het vonnis en het bevel dat alle mannelijke inwoners van Roermond en Maasniel in de leeftijd van 16 tot 60 jaar zich vóór 30 december 16:00 uur op de Ortskommandantur moesten melden op straffe des doods, ging er een golf van ontzetting door de stad. Als gevolg daarvan meldden zich ongeveer 2800 Roermondenaren. Op 30 december werden zij gedwongen in de vrieskou naar Dülken te lopen, waar zij de nacht staande in de wielerbaan in de open lucht moesten doorbrengen. De volgende dag werden ze per trein naar Wuppertal gebracht voor dwangarbeid in de Duitse oorlogsindustrie.
Op het Oude Kerkhof nabij de Kapel in ‘t Zand, in de volksmond ‘den Aje Kirkhaof’, herinnert een herdenkingssteen blijvend aan deze inktzwarte gebeurtenis, die bekend staat als ‘het verdriet van Roermond’.
Vlak over de grens, op de plaats van de executies, hebben burgers van Niederkrüchten de boven afgebeelde gedenksteen (Mahnmal Lüsekamp) opgericht.
Lindenhof
Ook andere onderduikers werden slachtoffers van deze mensenjacht. Zie het verhaal van de onderduikers op de Lindenhofonderduikers op de Lindenhof.
Het verborgen front Geschiedenis van de georganiseerde illegaliteit in de provincie Limburg tijdens de Tweede Wereldoorlog. Met uittreksel. Deze doctorale scriptie is sinds zijn verschijnen HET standaardwerk als het gaat om het Limburgs verzet. Ook op deze site is veel informtie daaruit geput.
Verzet in Valkenburg Het hele verhaal, door de ogen van tijdgenoten
Bronnen enz.
Jan van Lieshout, Het Hannibalspiel
Het sinistere spel tijdens de Tweede Wereldoorlog van de contraspionagedienst der Kriegsmarine, dat leidde tot de ondergang van een Nederlands-Belgische verzetsdrieëenheid, ISBN 10: 9026945744 ISBN 13: 978902694574880
Nationaal Ereveld Loenen
Op Nationaal Ereveld Loenen liggen meer dan 3.900 oorlogsslachtoffers begraven. Het zijn mensen die op verschillende plaatsen en onder verschillende omstandigheden hun leven hebben verloren. Militairen, verzetsstrijders, Engelandvaarders, represailleslachtoffers, dwangarbeiders maar ook …79
Markante feiten in Limburg tijdens de Tweede Wereldoorlog
Wie denkt, dat er in het Nederlandstalige deel van België nauwelijks enig verzet heeft plaatsgevonden, moet dit document zeker lezen. De klemtoon ligt op het gewapend verzet. Auteur: Mathieu Rutten.78
Stichting Struikelstenen Valkenburg
Ook 45 uit Valkenburg gedeporteerde Joden keerden niet meer terug. De Stichting Struikelstenen Valkenburg werd opgericht om ter nagedachtenis van de omgekomen Valkenburgse Joden, zogeheten struikelstenen in het trottoir vóór het huis te leggen van waaruit zij werden gedeporteerd. Met een complete lijst.
Zie ook Stolpersteine op Wikipedia77
Roermond frontstad
Serie verhalen van Eric Munnicks over de laatste oorlogsmaanden.
Zie ook de andere Oorlogsverhalen van het gemeentearchief Roermond76
Limburg 75 jaar vrij
Website opgezet t.g.v. de bevrijdingsfeesten 75 jaar na de bevrijding, september 202075
Belgium WWII
Een virtueel platform over België en zijn inwoners tijdens de Tweede Wereldoorlog74
Voormalig concentratiekamp Natzweiler-Struthof, Elzas
Europees Centrum over gedeporteerde verzetsleden. Kamp en museum.73
De joodse slachtoffers van het nationaal-socialisme uit Keulen | A–Z
72
Documentatiecentrum Nationaalsocialisme van de stad Keulen
Virtuele rondleiding 360° door de gedenkplaats en de tentoonstelling, begeleid door een audiotour in 8 talen.71
Nationaal Monument Kamp Vught
Het Nationaal Monument Kamp Vught bevindt zich op een deel van het voormalige SS-kamp Konzentrationslager Herzogenbusch, ook wel bekend als Kamp Vught (januari 1943 - september 1944).70
The Margraten Boys - Over de Amerikaanse begraafplaats
Schrijnend en troostend, dit is de geschiedenis van een uniek ‘adoptiesysteem’. Inmiddels zorgen generaties van lokale families, dankbaar voor het offer van hun bevrijders van de nazi-bezetting, niet alleen voor de graven, maar ook voor de herinneringen van meer dan 10.000 Amerikaanse soldaten op de begraafplaats van Margraten in Zuid-Limburg.
Gratis e-book van Peter Schrijvers, helaas alleen in het Engels. Andere e-boeken van deze auteur over de Tweede Wereldoorlog, in het Engels en het Nederlands: https://www.google.de/search?hl=de&tbo=p&tbm=bks&q=inauthor:%22Peter+Schrijvers%2268
Het Joods Monument
Elk vermoord slachtoffer van de Holocaust wordt op het Joods Monument herdacht met een persoonlijk profiel. Het Joods Monument is niet alleen geschikt om te doorzoeken en gedenken. U kunt zelf het monument aanvullen met foto’s, documenten en verhalen, door familieverbanden te leggen en familieleden toe te voegen. Om een oproep te plaatsen en in contact te komen met andere gebruikers. Daarnaast kunt u informatie over stolpersteinen en belangrijke overige externe links toevoegen.67
Als de mijnwerkers staken tegen de Duitse bezetter
De mijnstaking in Limburg vanaf 29 april 1943. De werkdruk stijgt en stijgt. De eerste Nederlandse mannen worden gedwongen, in Duitsland te gaan werken. Directe aanleiding is het bevel van Generaal Christiansen om alle vrijgelaten krijgsgevangenen uit het Nederlandse leger weer op te pakken en naar Duitsland te vervoeren. De staking wordt door middel van executies neergeslagen.66
Vervolgd in Limburg
Joden en Sinti in Nederlands Limburg tijdens de Tweede Wereldoorlog
isbn 978-90-8704-353-7
Een licht bewerkte uitgave van het proefschrift waarop Herman van Rens op 22-03-2013 is gepromoveerd aan de Universiteit van Amsterdam
©2013 Hilversum65
Ons verblijf in het dorp Mergel (dagboek) (Meerssen 1989)
Joop Geijsen uit Meerssen vertelt hoe hij met twee andere jongens een jaar lang ondergedoken zat in de mergelgrot even buiten Meerssen, wat later de duik-herberg werd genoemd. Voor zover wij weten alleen nog in de bibliotheek verkrijgbaar.64
Yad Vashem
Internationaal Holocaust Herdenkingscentrum63
Beelden van verzet
Hoe elke generatie anders omgaat met het verzetsverleden
door Sander Bastiaan Kromhout
Uitgave van het Nationaal Comité 4 en 5 Mei, 2018
Gratis download: zie link
Printvorm: ISBN 907729424462
Oorlogsbronnen Limburg
Limburg telt tal van gespecialiseerde archiefinstellingen die relevante historische bronnen over de Tweede Wereldoorlog bewaren. Het is voor het publiek echter niet altijd duidelijk voor welke informatie men waar terecht kan. Archieven hebben overlappende werkgebieden, organisaties en mensen waren in het verleden actief in verschillende streken en op verschillende terreinen. Dus is het vaak lang zoeken naar de juiste vindplaats van informatie.
Hier kunt u zoeken, maar ook uw documenten delen met andere geïnteresseerden. Dat kan middels schenking aan bestaande archieven of musea, of door digitale kopieën van documenten of beeldmateriaal ter beschikking te stellen.61
Oorlogsdoden Nijmegen 1940 - 1945
Met zoekfunctie60
Stichting Neerlandsch Verzetsmonument
Namen van verzetsstrijders in Nederland en koloniën gedurende de Tweede Wereldoorlog59
La résistance durant la guerre 1940-1945
Het gaat voornamelijk over het illegale netwerk „Clarence“, waarvan de oprichter Walther Dewez was. Er wordt ook herinnerd aan verschillende agenten uit Visé en Voeren, die deel uitmaakten van deze beweging.58
Gesneuvelde verzetsstrijders Maastricht
Een summiere beschrijving en een lange galerij portretten57
Stichting Herinnering LO-LKP
De Stichting Herinnering LO-LKP wil meer bekendheid geven aan de geschiedenis van het verzet door de organisaties LO en LKP. Daartoe stelt zij de inhoud van zijn gedenkboek en vele originele documenten in digitale vorm aan de geïnteresseerde lezer beschikbaar.56
De vergeten Genocide – Het lot van de Sinti en Roma
Ook bekend onder de naam Zigeuners55
1944-2019 ⇒ Zuid-Limburg 75 jaar vrij! ⇐
Een overzicht van de activiteiten in Zuid-Limburg rond dit gedenkwaardige jubileum in september. Het wordt in iedere gemeente gevierd.54
Historisch Amerikaans filmpje over de duikherberg
Een stomme film, die door een USAmerikaans team is opgenomen na de bevrijding van Valkenburg. Het eerste deel is nagespeeld, met behulp van het Valkenburgs verzet. Hij laat zien, hoe onderduikers naar de duikherberg werden gebracht. De man met de hoed is steeds Pierre Schunck. De film begint bij zijn huis in de Plenkertstraat, Valkenburg. De rol van de veldwachter op de fiets aan het begin wordt niet helemaal duidelijk. Volgens de begeleidende tekst is dat een koerier.53
Database persoonsbewijzen uit de Tweede Wereldoorlog
Over persoonsbewijzen uit de Tweede Wereldoorlog alsmede afbeeldingen van persoonsbewijzen in combinatie met andere documenten en genealogische en persoonlijke gegevens waaronder ook levensverhalen.49
Gedenksteen voor de KPers Coenen en Francotte
Voor het Provinciale Verzetsmonument in Valkenburg. Hier werden Sjeng Coenen en Joep Francotte op 5 september 1944 vermoord, vlak voor de bevrijding van Valkenburg48
Valkenburg, Provinciaal Verzetsmonument
Elk jaar op 4 mei vindt hier de herdenkingsplechtigheid voor de gesneuvelden van deze provincie plaats. Ondertussen zijn de veteranen er ook niet meer bij aanwezig.47
Oproep aan de inwoners van Valkenburg aan de Geul
Op 17 september 2019 is het 75 jaar geleden dat alle kernen van de huidige gemeente Valkenburg aan de Geul werden bevrijd.
Om de bevrijding te herdenken en de oorlogstijd zo accuraat mogelijk weer te geven, is Museum Land van Valkenburg op zoek naar persoonlijke verhalen, ooggetuigenissen en tastbare herinneringen.
Van al deze levensechte verhalen, materialen, foto’s, filmbeelden en uitrustingsstukken richten we een unieke en zo volledig mogelijke overzichtstentoonstelling in onder de naam “We Do Remember”46
Erelijst van gevallenen 1940 - 1945
Een website in opdracht van de Tweede Kamer. In de Erelijst van Gevallenen 1940-1945 zijn diegenen opgenomen die als gevolg van verzet of als militair zijn omgekomen.45
Grenzeloos verzet
Over spionerende monniken, ontsnappingslijnen en het Hannibalspiel, 1940-1943
ISBN 9789056220723
Paul de Jongh beschrijft in detail een vluchtlijn van Nederland naar België. Unieke gevalstudie van het verzet in de Tweede Wereldoorlog aan beide kanten van de Belgisch-Nederlandse grens. Het accent ligt op de Belgische kant en geeft daarmee een aansluiting aan het boek van Cammaert, vooral waar het gaat om de groep Erkens in Maastricht.44
Het verborgen front
Geschiedenis van de georganiseerde illegaliteit in de provincie Limburg tijdens de Tweede Wereldoorlog
Doctorale scriptie 1994, door CAMMAERT, Alfred Paul Marie
Het complete boek op de website van de Universiteit van Groningen.
In papiervorm: Twee delen, 1262 blz., Eisma 1994, uitverkocht.
Boekbespreking NRC:
https://www.nrc.nl/nieuws/1994/05/07/erkenning-voor-het-limburgs-verzet-7223972-a937131
De sociaal-democraat en latere minister van binnenlandse zaken J.A. Burger heeft niet geweten wat hij teweeg zou brengen, toen hij in mei 1943 in Londen verslag uitbracht over het verzet in Nederland en op een vraag van koningin Wilhelmina moet hebben geantwoord: “Van verzet in het Zuiden, majesteit, is me niets bekend” of woorden van gelijke strekking. Toen dr. L. de Jong bovendien in zijn werk Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog gewag maakte van de scriptie van de socioloog L. Lamers dat het verzet in Limburg niet zo erg veel zou hebben voorgesteld, kwam de trap tegen het zere been van veel Limburgse verzetsmensen nog ééns zo hard aan.43
Forgotten History – Pierre Schunck, Resistance Fighter
Vergeten Geschiedenis - Pierre Schunck Verzetsstijder42
Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog
Lou de Jong (download, pdf)41
Tweede Wereldoorlog in Zuid-Limburg
Zeer veel foto’s gesorteerd op gemeente. Voor Valkenburg: veel foto’s van de nazi-kostschool voor jongens Reichsschule der SS (voormalig Jezuïeten klooster) en van de bevrijdingsdagen, door Frans Hoffman.40
Netwerk Oorlogsbronnen (NOB)
Zoeken door 9 miljoen documenten, films en foto’s over en uit de Tweede Wereldoorlog in Nederland.39
Instituut voor oorlogs-, holocaust- en genocidestudies
Instituut voor oorlogs-, holocaust- en genocidestudies, voorheen Nederlands Instituut voor Oorlogsdicumentatie
Kwesties die met oorlogsgeweld te maken hebben, wekken veel maatschappelijke belangstelling en vragen om onafhankelijk en wetenschappelijk onderzoek. Het NIOD verricht en stimuleert dergelijk onderzoek en stelt zijn collecties open voor alle belangstellenden.38
Limburg gaf joden WOII meeste kans
Nederlandse joden hadden in Limburg de meeste kans om onder te duiken en de Holocaust te overleven. Dat blijkt uit het proefschrift over de vervolging van joden en Sinti in Limburg tijdens de Tweede Wereldoorlog van de Beekse historicus Herman van Rens aan de Universiteit van Amsterdam.
Buy
Bespreking36
Tweede Wereldoorlog en bijzondere rechtspleging
Over de berechting van ‘foute’ Nederlanders: De zogenaamde bijzondere rechtspleging. Deze pagina wijst u de weg. Hier vindt u foto’s, de meest gebruikte zoekwoorden, verwijzingen naar interessante archieven, indexen, websites, persoonlijke verhalen en onderzoeksgidsen.35
Nederlands Auschwitz Comité
34
Geheim Leger zone II/Limburg
over de mislukte poging in Belgisch Limburg, een compleet guerrillaleger op te zetten.20
verzet in Enschede
Roelof Blokzijl19
30th Infantry Division Old Hickory
Bevrijders van Zuid-Limburg17
Bond van Oud-Stoottroepers en Stoottroepers
16
The Dutch Underground and the Stoottroepers
Stoottroepen: ontstaan uit de oud-verzetsmensen, die in het leger zijn gegaan.15